De ochtend na de geboorte van onze zoon Allen zat de arts in een stoel bij het voeteneinde van mijn bed, en zei: ‘Er is iets niet goed.’ Onze zoon, die er aan de buitenkant volmaakt uitzag, leed aan een levensbedreigende stoornis die hij bij de geboorte had opgelopen. Voor een operatie moest hij direct naar een vliegveld duizend kilometer verderop gevlogen worden.